Belgisch kader
Wetgevend kader:
De wet betreffende de Ontwikkelingssamenwerking, maart 2013
De wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, met name de voorafgaande regelgevingsimpactanalyses, januari 2014
Koninklijk besluit betreffende de oprichting van een Adviesraad inzake beleidscoherentie ten gunste van ontwikkeling, april 2014
Koninklijk besluit inzake de oprichting van een interdepartementale commissie voor beleidscoherentie ten gunste van ontwikkeling, april 2014
Verklaring van de Federale Staat, de Gewesten en de Gemeenschappen van België betreffende beleidscoherentie ten gunste van ontwikkeling, mei 2014
Belgische instellingen:
Het Ministerie van Belgische Ontwikkelingssamenwerking
De Dienst Administratieve Vereenvoudiging en de regelgevingsimpactanalyses
Europees kader
Het concept van beleidscoherentie dook op Europees niveau op in het Verdrag van Maastricht in 1992. Artikel 208 van het Verdrag van Lissabon maakte van beleidscoherentie een wettelijke verplichting. Vervolgens bracht de Europese Unie een aantal mechanismen tot stand om deze beleidscoherentie te bevorderen.
Sinds 2005 evalueert de EU haar vooruitgang en deze van de lidstaten op het vlak van beleidscoherentie op een aantal gebieden waar beleidscoherentie een cruciale rol speelt. Deze evaluaties hebben de vorm aangenomen van tweejaarlijkse verslagen inzake beleidscoherentie.
Sinds 2010 wordt een speciaal rapporteur inzake beleidscoherentie in het Europees Parlement benoemd. Sinds de Europese verkiezingen van mei 2014 is Cristian Dan Preda de speciaal rapporteur inzake beleidscoherentie in het Europees Parlement.
Er bestaan andere initiatieven ter bevordering van beleidscoherentie op het niveau van de Europese Unie: verplichte impactanalyses, interdepartementale werkgroepen met de verschillende algemene directies van de Commissie, informele werkgroepen met de lidstaten, officiële en informele mechanismen die meer informatie moeten verschaffen over de impact van bepaalde Europese beleidslijnen op de ontwikkelingslanden.
Deze initiatieven en mechanismen volstaan jammer genoeg niet om de nefaste gevolgen van sommige Europese beleidslijnen in de ontwikkelingslanden tegen te gaan. Verschillende maatschappelijke organisaties analyseren het Europees beleid inzake beleidscoherentie, waaronder de Europese confederatie van ngo’s’s voor noodhulp en ontwikkeling (Concord), het European Centre for Development Policy Management (ECDPM), de Stichting Max van der Stoel. Uit diverse studies van ngo’s’s en academici blijkt de gebrekkige doeltreffendheid van sommige mechanismen en het gebrek aan politieke wil om de beleidscoherentie verder te ontwikkelen ¹.
Kader van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling
De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling probeert beleidscoherentie bij de verschillende lidstaten van de organisatie aan te moedigen via werkgroepen, Peer Reviews maar ook studies. In juni 2008 hebben de Ministers die lid waren van de OESO overigens de Ministeriële Verklaring van de OESO over beleidscoherentie ten gunste van ontwikkeling aangenomen.